Saga in Galicië: A Coruña, Ría de Camariñas en Ría de Muros

Iedereen zei nog zo na de oversteek van Biskaje: rust even lekker uit en slaap rustig bij. Dat advies hebben wij natuurlijk rustig links laten liggen. We zijn nu precies een week in Noord-Spanje en we kunnen er geen genoeg van krijgen!

Nadat we netjes waren afgemeerd in A Coruña en een kort dutje hadden gedaan, was het al half negen ’s avonds. Oei, we moesten nog avondeten. Maar dat was natuurlijk geen probleem. Bij de Spanjaarden begint het drinken van een Estralla Galicia of een wijntje en het eten van wat tapas juist dan. A Coruña bruist van het leven en de vriendelijke havenmeester had ons precies laten weten waar we lekker konden eten. Voor ons stond op het menu: octopus, inktvis, gebakken chorizo, runderlapjes met chips en een heerlijke salade. We vonden dat we dat wel hadden verdiend.

De volgende dag hebben we een mooie wandeling gemaakt langs de kust. Deze is hier rotsachtig met indrukwekkende kliffen, waar de Atlantische golven spectaculair op kapot slaan. Het was eventjes wennen aan het warmere klimaat en andere leefritme ten opzichte van Engeland, maar we hadden de smaak snel te pakken.

Juan Sebastián de Elcano kwam toevallig net de haven invaren toen wij net afgemeerd lagen. Dit Spaanse trainingsschip voor de marine werd met veel toeters en bellen ontvangen en de kade stond tijdens ons hele verblijf vol met toeschouwers. ’s Avonds werden er chique feestjes georganiseerd.

Dag drie stond in het teken van wat klusjes. Lianne wilde werken aan haar scriptie en ik zou op zoek gaan naar gas voor onze gasflessen aan boord. Dan was het plan om ’s middags nog even naar het strand te gaan om wat af te koelen. Maar we waren te voorbarig. Het beloofde niet zo makkelijk te gaan als we hadden gehoopt.

Lianne startte haar laptop op en wilde net gaan werken. We hadden twee cappucinos besteld om de motivatie er een beetje in te krijgen. Maar nog geen vijf minuten later ging de laptop opeens uit. Een aantal keren opnieuw opstarten bleek niet te helpen. Ik verwachtte dat er iets mis was met de harde schijf of Windows. Hoe dan ook, er zat niets anders op dan de laptop te repareren. Dus we dronken onze koffie op en gingen dan maar samen op zoek naar een nieuwe harde schijf en een fles gas.

Na wat rondvragen hadden we vlot achterhaald waar een computerwinkel was die ons zou kunnen helpen, dus de harde schijf was snel gekocht. Daar in de buurt zaten ook bootjeswinkels en ijzerhandels (ferretarias), waar we wat navraag hebben gedaan naar onze gasflessen. Helaas bleek dat nog niet zo eenvoudig. We werden van het ene handeltje naar de andere gestuurd en het verhaal was steeds duidelijk: we hebben wel Campigaz, maar kunnen jouw groene gasfles niet zomaar vullen met propaan.

Half onverrichte zaken keerden we dus terug naar de haven. Ik repareerde de laptop van Lianne, zij deed onderzoek naar ons gasprobleem. Het werd duidelijk dat vullen in Spanje niet gaat lukken. Het is hier allemaal streng gereguleerd. In Portugal zal dat misschien wel gaan. Dus leek de oplossing om een bus Campigaz te kopen. Maar dat was een probleem voor de dag van morgen.

De volgende ochtend ging Lianne dus weer op weg richting een openbare werkplaats en hervatte ik mijn zoektocht naar gas, met het idee om nu van systeem te wisselen. Ik had de gasslang meegenomen om te laten zien wat voor verbinding ik nodig had. Maar ook dit leek weer veel te optimistisch. Ik ben misschien wel tien verschillende zaken binnen geweest om te vragen of ze een bus Campigaz konden aansluiten op mijn gasslang. En meestal keerden ze elke keer erg behulpzaam hun winkels ondersteboven, de juiste connector werd niet gevonden. Onze oplossing is simpel. We wisselen tapas af met koude salades. Zo komen we Spanje wel door totdat we de gasflessen kunnen vullen in Portugal.

Vervolgens werd het weer tijd onze weg verder zuidwaarts te vervolgen. En met wat een plezier hebben we dat tot nu toe gedaan. De afstanden zijn geschikt voor dagtochten. Er staat bijna geen stroom. De hoge kliffen lachen je de hele dag toe. Het varen is hier paradijselijk. De enige kanttekening die we zouden kunnen maken is dat de wind momenteel wat veranderlijk is, maar daar kunnen we voor nu wel even mee leven.

We hebben twee nachtjes voor anker gelegen in de Ría de Camariñas en liggen nu in de Ría de Muros. Voor het eerst hebben we ons rubberbootje er bij gepakt, zodat we gemakkelijk naar de wal kunnen. Dat brengt weer een hele nieuwe lading pret met zich mee. Donderdag komen Emmy en Axel, studievrienden van Lianne, aan boord. We gaan dan vanuit Arousa de Rías verder verkennen. En ik verwacht dat deze nog heel wat moois voor ons in petto hebben.

Biskaje – de oversteek

Bij veel zeilers wekt de golf van Biskaje een gevoel van ontzag op. Het kan moeilijk vaarwater zijn vanwege snel veranderende weersomstandigheden en de overgang van diep naar ondiep water langs de kust. Het is voor velen de eerste kleine oceaanoversteek. En voor ons was dit natuurlijk niet anders. We waren daarom blij dat de omstandigheden zich gunstig leken te ontwikkelen. Een wind die van noordwest naar noordoost zou draaien zou relatief beperkte golfopbouw tot gevolg moeten hebben. We hebben de tuigage, de motor en alle andere belangrijke aspecten nog eens nagekeken en toen werd het tijd. We vertrokken.

Voordat we begonnen met wat filmpjes te maken hadden we al een mooi stuk erop zitten. Vanuit Falmouth hadden we een lekkere noordwester bries, waarmee we de eerste dag al meer dan 140 zeemijlen hebben kunnen varen. Het werd daarna wat rustiger en we werden regelmatig tegemoet gezwommen door groepen dolfijnen. Ik dacht regelmatig: “is dit het nou?”, maar ik durfde het niet hardop uit te spreken.

Op zondag kregen we via de Navtex het bericht dat er windkracht 8 voorspeld was voor een deel van ons vaargebied. We wisten vantevoren dat rond de kust van Spanje er wat meer wind zou zijn, dus hoewel het niet helemaal als verrassing kwam, maakte het de tocht wel iets spannender. De volgende dag hadden we daarbij nog eens via de Garmin een weerbericht binnen gehaald en de tocht leek inderdaad een pittig einde te gaan krijgen. We wisten dat het zwaarder zou gaan worden.

We gingen de nacht in met reef 2 en de genua, er stond zo’n 22 knopen wind. Toen de shift van Lianne erop zat, rond 03:30u ’s nachts, hadden we samen even de genua verwisseld voor de kotterfok, omdat de wind al aan begon te trekken naar 26 knopen. Van slapen kwam het niet echt meer van, de boot rolde heftig heen en weer. Toen Lianne rond 08:00u haar bed weer uit kwam, begon het al echt heftig te worden. Hoge golven en windvlagen tot 32 knopen. En toen moesten we nog 50 mijl naar A Coruña.

Uiteindelijk hebben we vlagen gehad van 36 knopen, windkracht 8. En de golven waren hoog genoeg om Saga flink uit koers te brengen. De eerste keer dat we te pakken werden genomen door een brekende golf werd ik serieus bang. Ik kon met het roer maar minimaal de koers aanhouden en Saga begon flink te rollen. Maar gelukkig is onze boot er niet zomaar eentje. Door de relatief smalle romp en het hoge ballastaandeel kon ik haar weer snel op koers krijgen. De volgende golven waren hierdoor al een stuk minder eng.

Het was afzien, maar we hebben het gehaald. De kans bestaat dat we bij de oversteek over de Atlantische Oceaan niet weer zo zwaar weer over ons heen krijgen. Maar mocht het toch zo zijn, dan is het goed om te weten dat Saga het kan hebben, en wijzelf blijkbaar ook.

Plymouth en Falmouth

Ondanks de schoonheid van Dartmouth begon onze drang om verder te gaan steeds groter te worden. We hadden besloten dat de vertrekhaven voor de oversteek van Biskaje Falmouth zou worden. Aan de ene kant omdat dit ons ook weer een mooi plaatsje leek, maar aan de andere kant omdat Falmouth al sinds jaar en dag wordt gebruikt als laatste haven voor de oversteek naar Spanje vanaf Engeland. Maar we hadden nog een tussenstop: Plymouth.

Plymouth is een van de grotere steden langs de Engelse zuidkust, een beetje zoals Portsmouth. Jachthavens in overvloed en een significant maritiem verleden. We hadden onze zinnen gezet op twee overnachtingen in de Plymouth Yacht Haven. Er was een flinke zuidwester wind voorspeld dus we wisten dat we een dagje zouden blijven liggen. Maar tot onze verbazing lag deze jachthaven vol! Geen probleem dachten we, de keuze is reuze… Maar niets bleek minder waar. Sutton Harbour lag vol en wist ons te vertellen dat King Point Marina ook vol lag. Dan maar Queen Ann’s Battery oproepen voor een plekje. Maar ook hier was er geen plek voor Saga. Net als ons waren alle Britten blijkbaar naar Portsmouth uitgeweken om de harde wind af te wachten. Dan maar Mayflower Marina bellen, dachten we. Daar kregen we te horen dat er even overlegd moest worden en dat we teruggebeld zouden worden. Omdat dit onze laatste optie was begonnen we al serieus te overwegen om voor anker te gaan liggen achter Drake’s Island – een eiland vernoemd naar Sir Francis Drake, die tussen 1577 en 1580 een reis rond de wereld heeft gemaakt met zijn Golden Hind. Het begon spannend te worden, want na een half uur hadden we nog steeds geen bericht terug gehad. Maar na een tijdje kregen we toch te horen dat er een plekje voor ons was, en ondanks dat we niet enorm beschut lagen tegen het weer waren we gezien de drukte niet ontevreden.

Net als Portsmouth wist Plymouth ons eigenlijk niet te charmeren. Het rijke maritieme verleden is natuurlijk een interessant aspect van de stad, maar verder is een grijze, commerciële bedoeling, waarschijnlijk typisch voor een Engelse stad van dat formaat. We waren dan ook blij toen het slechte weer over was en we onze reis verder konden vervolgen richting Falmouth.

De wind kwam uit het zuidwesten, bijna de koers die we ook moesten volgen om in Falmouth uit te komen, dus we moesten wat slagen maken om in Falmouth te komen (laveren). Gelukkig hadden we de stroom mee en voldoende wind, dus het is bij een comfortabele dagtocht gebleven. Eenmaal aangekomen in Falmouth waren we weer helemaal happy, dit was weer een schitterend stadje, waarbij we praktisch in het centrum lagen met Saga.

Nu was het eigenlijk vooral wachten totdat de omstandigheden gunstig zouden worden om de Golf van Biskaje over te steken. Dus na het ontbijt was het eerste wat we deden even het checken van het weer. Maar daarnaast hebben we heerlijk de tijd gehad om Falmouth door te wandelen met dreigende luchten op zee, een keertje fantastische fish en chips te eten en we hebben zelfs een optreden bijgewoond van lokale artiesten! Net zoals in Dartmouth hadden we hier misschien wel langer kunnen blijven. Maar ook hier konden we het weer niet naar onze hand zetten: een mogelijkheid om Biskaje over te steken leek zich aan te doen.