Een weekje geen schipper aan de wal, maar mee het water op

Op 11 september ging de wekker vroeg in Huize Westerhof. Afgesproken was dat ik nog een kleine week zou aanmonsteren op de Saga en nog even van Bernhard en Lianne kon genieten. Om 10.00 uur werd ik door Ben in Amersfoort op de trein gezet en begon mijn reis naar Schotland. De vliegreis was voorspoedig en Lonneke stond mij in Glasgow op te wachten. Ze had alvast een ticket voor de treinreis voor mij gekocht, heel erg fijn.

Zo hadden we nog even tijd om gezellig op een terrasje een cappuccino te drinken en daarna ben ik op de trein gestapt voor mijn eerste kennismaking met Schotland. Wat was/ ben ik onder de indruk van het magische landschap!! De treinreis duurde ruim drie uur, maar ik heb mij geen seconde verveeld. Het ene uitzicht was nog mooier dan het andere en voor ik het wist, was ik in Oban, een prachtige havenstad aan de westkust van Schotland met zo’n 12.000 inwoners en een grote whisky distilleerderij. Ik zag de mooie groene top van de mast van Saga al opdoemen in de jachthaven en even later zag ik Bernhard en Lianne aan komen lopen. Wat een heerlijk weerzien na een half jaar elkaar alleen via beeldbellen te hebben gezien. Het was tijd om nog wat te eten, waar we in een visrestaurant goed in zijn geslaagd en daarna zijn we naar de boot gegaan en hebben de bedjes klaargemaakt om te gaan slapen.

De volgende dag waren we er alweer vroeg bij. Na een stevig ontbijt bij de locals en een bliksembezoekje aan de distilleerderij startten we onze tocht van Oban naar Fort William, waar we aan het begin van het Caledonische kanaal zouden overnachten. Er was weinig wind, dus het werd motoren. Wat een bijzonder fascinerend land is Schotland. Highlands, oceaan, Castles, de kinderen, alle ingrediënten voor een prachtige dagtocht waren aanwezig. En onderweg hebben we ook nog zeehonden en in de verte dolfijnen gezien. In Corpach bij Fort William aangekomen kregen we een plaatsje toegewezen in een nieuwe jachthaven. Niet zoals die bij ons. Ik denk dat daar maar een stuk of dertig ligplaatsen waren. Ze zijn daar niet erg voorbereid op veel passanten. We lagen onder de hoogste berg van Schotland, de Ben Nevis met 1345 meter hoogte. Wederom imponerend en indrukwekkend mooi. Na een dag varen is het goed eten en we zijn in de lokale pub goed voorzien van haggis, inktvisringen en lekkere pie, natuurlijk doorgespoeld met een goed glas Guinness  Na gedane arbeid is het goed rusten en we zochten al vroeg onze kooien op.

Woensdag 13 september startte de tocht door het Caledonische kanaal (een kanaal van 107 km lang en 29 sluizen). Eerst nog enkele administratieve zaken regelen met de brugwachters en toen konden we ons opmaken om door de Neptune’s staircase te gaan. Dat is een sluizencomplex van 8 sluizen direct aan elkaar verbonden met een verval van 20 meter. In dit geval gingen we stijgen. Een hele bijzondere gewaarwording. We lagen er met drie andere boten in en zijn zo ongeveer drie uur bezig geweest om boven te komen. We zijn doorgevaren naar Gairlochy, aan de monding van Loch Lochy, waar Lianne een heerlijke spaghetti carbonara maakte en we na een wandeling een kleine whisky proeverij aan boord deden. Gezellig een spelletje Frank’s Zoo gespeeld, waarna we onze kooien weer opzochten. Op naar de volgende dag.

Donderdag 14 september. We vertrokken bijtijds vanuit Gairlochy en konden op Loch Lochy de Genua erbij zetten. Het was een mooi lopend windje, maar al gauw trok hij aan tot een stevige wind, kracht 8 en werd de Genua vervangen door de kotterfok. We vlogen als een speer over het Loch en voor we het goed en wel in de gaten hadden, was daar de volgende sluis, Cullochy Lock die ons naar Loch Oich leidde. Heel erg grappig om dat via de marifoon te horen. Je moet dan de naam twee keer achter elkaar zeggen. Zowel met Gairlochy Lock als met Cullochy Lock was dat heel komisch. Na weer een hele prettige ervaring met de sluiswachter (dat was bij alle sluisbedieningen het geval) voeren we verder het kanaal op om vervolgens aan te meren op een wel heel bijzondere plek. Er was een steiger voor max twee boten, in een kleine hoek van een baai, onder aan de kasteelruïne Invergarry Castle. Daarnaast was Glenngarry Castle een heel sjiek hotel, waar we ‘s avonds verrassend goed hebben gegeten. Het was een bijzondere heldere avond en we hebben nog een hele mooie sterrenhemel mogen bewonderen. Er was nagenoeg geen strooilicht dus erg mooi.

Vrijdag 15 september: al weer mijn laatste vaardag. Deze dag was het doel om Fort Augustus te bereiken. We voeren Loch Oich verder af om vervolgens het smallere deel van het Caledonische kanaal te bevaren. We kwamen nu bij de eerste sluis (Kyttra Lock) waar we verval naar beneden hadden. We hadden dus ons hoogste peil bereikt en de rest zou nu verder dalen zijn. Aan het eind van het kanaal kwamen we aan bij Fort Augustus en na vijf sluizen afdalen kwamen we aan bij de monding van Loch Ness. Ook weer heel erg mooi. Een fantastisch en imponerend meer tussen de hoge bergen van de Highlands. We lagen aan het eind van het smalle kanaal en boven ons was het grote Abbey Fort Augustus. Heel erg mooi. Saga valt daarbij volledig in het niet. Op zich is Fort Augustus het meest toeristische dat we op dit stukje reis zijn tegengekomen. Iedereen wil natuurlijk een glimp opvangen van Nessie, het grote monster van Loch Ness. Maar helaas, we zijn haar daar niet tegengekomen. We hebben de dag afgesloten met een dik bord Fish and Chips en na een wandeling heb ik alvast mijn tas gepakt. De wekker voor de volgende dag stond op 7.00 uur en we zijn op tijd onder de wol gedoken. Was ook nodig, want het was erg koud.

Zaterdag 15 september. Lianne had al vroeg het ontbijt klaargemaakt en ik had op gepaste wijze afscheid genomen van Loch Ness. Nu volgende het afscheid van Bernhard en Lianne. Toch altijd weer lastig, ook al weet ik dat het voor deze keer niet voor zo’n lange tijd meer is. De bus naar Inverness was keurig op tijd en na een flinke Coffee to-go startte mijn reis terug naar Nederland. Ook weer erg mooi. Een uur en een kwartier langs Loch Ness door de schitterende natuur is helemaal niet vervelend. Achter mij zat een erg aardige jongen die met mij meeliep naar het station voor mijn trein naar Glasgow. Ik had net vijf minuten om over te stappen, maar het is gelukt. Deze reis duurde een kleine vier uur en maakte het rondje Schotland compleet. Ik had gelukkig voldoende tijd om van Glasgow Queens Street naar Glasgow Airport te reizen en uiteindelijk kon Ben mij om 20.48 uur weer ophalen van station Amersfoort. Een hele intensieve, maar bijzondere ontmoeting met Bernhard en Lianne. Varen in Schotland is niet onder woorden te brengen, alle superlatieven schieten te kort. De bevolking is uiterst correct en vriendelijk, de schotten zijn klein van stuk, het eerste uur had ik al wel 50x aye gehoord, ze eten weinig groenten, overal liggen tapijten op de grond, zelfs op het vliegveld en in de treinen en zo kan ik nog heel veel dingen opnoemen. Ik ben heel dankbaar dat ik een stukje van de reis van B&L heb mogen meegenieten.

Bernhard en Lianne hebben inmiddels hun reis vervolgd en wij volgen ze weer op de voet.

Schippers aan de wal

Hoe bijzonder is het om een reis als dat van jullie vanuit het perspectief van schippers aan de wal te beleven? Nou, dat is heel bijzonder! Jullie vertrek uit de haven op 4 juni 2022 is niet onopgemerkt voorbijgegaan. Een heel gezelschap uitzwaaiers in de haven, een begeleidende boot van Hans en Marijke met opstappers Lonneke, Jurre en Julia en aan de Loswal in Kampen opa en oma met Henk en Gerda. En daar gaan jullie dan. Vol enthousiasme, een volle boot, jullie avontuur tegemoet.

In Lelystad, jullie eerste stop, werd gauw nog de oude gasslang aangeleverd, omdat de nieuwe sluiting net niet de juiste schroef had, maar dat kon op zaterdagavond ook afgetikt worden. De volgende dag was Gert er al vroeg bij om met jullie mee te varen naar Amsterdam. En in Amsterdam kwamen Wouter en Jan Willem nog even langs om jullie goede reis toe te wensen. Ze zijn nog lekker blijven slapen. In IJmuiden konden nog net de verzekeringspapieren mee en hebben de beide broers samen nog een stuk hardgelopen door de duinen.

In Scheveningen werd de laatste proviand gefourageerd, waarna de schippers aan de wal jullie richting zee zagen vertrekken en we jullie minder makkelijk fysiek kunnen ontmoeten.

Maar wat blijkt: de schippers aan de wal kunnen jullie op de voet volgen. Zo zien we precies op jullie route waar jullie van de Maas Pilot het verzoek krijgen om de koers te wijzigen. We leren alles over het verval van zeven meter bij eb en vloed bij Eastborne, zien jullie inmiddels flink bruine, lachende gezichten tijdens een wandeling in Yarmouth

(Isle of Wight) en volgen we jullie naar Chapmans Pool, waar een makreel, paravaan en paternosters voorbijkomen. Dacht ik toch dat dat allemaal vissen waren. Maar nee, weer wat geleerd: de laatste twee zijn visattributen. En vandaag, 24 juni 22, komen jullie aan in Dartmouth. Een havenplaats nabij Plymouth. Grappig, we zijn schippers aan de wal, maar hebben inmiddels de hele Zuidkust van Engeland ontdekt.

Het zat er al een poosje aan te komen…

Pap en mam, mogen Lianne en ik de boot mee met de grote vakantie? Dan kunnen we zeemijlen maken. Heel erg in het verleden hebben wij als ouders de fout gemaakt om onze kinderen op te voeden met liefde voor het water. En dat keert zich nu tegen ons. Want de grote droom van Bernhard en Lianne (inmiddels niet minder besmet met het watervirus) is een grote wereldreis maken.

Hun zoektocht naar een eigen boot was al een tijdje aan de gang. Tijdens hun vakantie viel hun oog op de Tinto in Lemmer. Een mooi stalen schip dat voldeed aan hun wensen, maar er moest nog wel het een en ander aangepast worden. Oom Gerrit en tante Ynske kwamen ook om een inspectie uit te voeren en vonden het echt een boot voor Bernhard en Lianne. Thuis in Brussel werd er een bod uitgebracht, maar de verkopende partij was het daar niet mee eens.

Opnieuw verder zoeken op internet en daar vonden ze een Koopmans 37, in Workum. Omdat het in de Covid-tijd lastig voor hen was om zover te reizen, zijn wij eind oktober naar Workum getogen om alvast een idee te vormen. En dan konden we ook nog even bij Tinto langs.

Wij waren enthousiast over de Koopmans. Gewapend met camera en ons aan de ene kant en Bernhard voor zijn computer aan de andere kant (Lianne moest werken) hebben we samen de hele boot doorgekropen en onze bevindingen gedeeld. Toen was het de beurt aan Bernhard en Lianne om naar Workum af te reizen en zelf hun oordeel te vellen. Ook zij waren enthousiast. En ook zij gingen op de terugweg nog even bij Tinto langs. De makelaar zat in zijn kantoor en even was er de twijfel om misschien toch nog over de prijs te praten. Maar… Tinto was inmiddels verkocht. Niet getreurd en de focus gelegd op de Koopmans.

Om het verhaal kort te maken, na prijsrichtingen aan gegeven te hebben en afspraken te hebben gemaakt, was het moment van keuring en uiteindelijk de aankoop daar. Dick Koopmans was bereid om als expert de keuring te doen, wat natuurlijk heel erg leuk was. De vorige eigenaren zijn zuinig op hun boot geweest en vonden het moeilijk om afstand te doen. Maar wat waren Bernhard en Lianne trotse eigenaren van HUN boot. Wat prachtig om te zien. De glimlach op beider gezichten verjoeg de kou, harde wind en regen. En die glimlach is dagenlang blijven hangen.

Nu ligt de boot op haar winterplekje in de ZC37 in Kampen. Het winterkleed ligt er op en ze ligt te wachten tot de winter voorbij is en ze weer met deze twee lieve, enthousiaste jonge mensen onder zeil mag. We wensen jullie hele mooie avonturen en een behouden vaart!